Vliegveld Ockenburg

Waarnemingen Gemeentelijke Luchtbeschermingsdienst

De Gemeentelijke Luchtbeschermingsdienst (LBD) werd in 1938 ingesteld door de burgemeester van Den Haag als een gevolg van de Luchtbeschermingswet van 23 april 1936. De hoofdcommissaris van politie was het hoofd van deze dienst en ontving zijn instructie van de burgemeester. Alle maatregelen, die door het hoofd van de luchtbescherming werden genomen in vredestijd dienden goedgekeurd te worden door de burgemeester, terwijl de luchtbescherming in geval van mobilisatie geheel zelfstandig mocht optreden. De administratie van de dienst werd uitgevoerd op het hoofdbureau van politie. Tot de taken van de luchtbeschermingsdienst behoorden het in vredestijd voorbereiden van de bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen en in tijd van oorlog of oorlogsgevaar (mobiliteitstoestand) de werkelijke bescherming bieden. In de praktijk betekende dit, dat de luchtbeschermingsdienst een voorlichtende en een toezichthoudende en regelende functie had. Dit was de zorg voor schuilkelders, het aanleggen en het registreren van voorraden voedsel, water en overige materialen, het uitreiken van gasmaskers en het zorgdragen voor een doeltreffende verduistering. Zij diende niet alleen de burgers, maar ook bijzondere gebouwen en kunstschatten te beschermen. Om doeltreffend te werken was het grondgebied van de gemeente Den Haag door de luchtbeschermingsdienst verdeeld in 14 sectoren. De sectoren waren weer onderverdeeld in wijken en de wijken waren op hun beurt onderverdeeld in blokken. De luchtbeschermingsdienst had een hiĆ«rarchische organisatiestructuur. Aan het hoofd van iedere sector stond de sectorcommandant, die zijn vaste verblijfplaats had in het sectorbureau, wat vaak een politiebureau was. Ondergeschikt aan de sectorcommandant stond het wijkhoofd, die leiding gaf aan het blokhoofd. Door de luchtbeschermingsdienst was Loosduinen aangeduid als sector III, waarvan het sectorbureau zich in het politiebureau aan de Wilhelminastraat in Loosduinen bevond. De vakpost voor sector III bevond zich aan de Julianastraat 42 in Loosduinen. De bewakingsposten bevonden zich bij de Dalton HBS aan de Aronskelkweg in Bohemen en bij de gasfabriek aan de Nieuweweg in Loosduinen. Het vakhoofd bevond zich aan de Willem III Straat 6 in Loosduinen en de vakleider (J.C. van der Mark) bevond zich op zijn woonadres aan de Kokosnootstraat 43. Voor de Gemeentelijke en Geneeskundige Dienst (GG&GD) bevonden zich in de sector III: 1 hoofverbandplaats, 2 hulpposten en 1 ontsmettingspost. Een hoofdverbandplaats bevond zich aan de Wilhelminastraat 71A. Twee hulpposten waren gevestigd in de Ramaerkliniek en in de kliniek Ockenburgh en een ontsmettingspost bevond zich in het badhuis aan de Julianastraat 40. De evacuatiedienst voor de sector III bevonden zich in de Oude Raadzaal aan de Wilhelminastraat 1 (Wijk 1), in de Nederlandse-Hervormde Kerk aan de Mozartlaan 13 (Wijk 6) en ook in de Rooms-Katholieke Kerk aan de Emmastraat 116 (Wijk 7). In het raadhuis aan de Wilhelminastraat bevond zich voor de sector een opruimings- en herstellingsdienst van Gemeentewerken. Bij de luchtbeschermingsdienst werkten vele gemeentelijke diensten en bedrijven met elkaar samen. Als het het nodig was werd ook een beroep gedaan op vrijwillige hulpkrachten dan wel op personen waarvan diensten door de burgemeester waren gevorderd. De beide categorieĆ«n werden aangeduid met de naam 'hulppersoneel'.

De sector III omvatte het gedeelte van de gemeente Den Haag begrensd door beginnende op de grens van de gemeente Monster bij de zee, de grens van de gemeente en de grens van de gemeente Wateringen tot het punt, waar de grens bij de Korte Laak naar het zuiden omboog, vandaar de grens in noordwestelijke richting van de sector Van der Vennestraat tot de Haagweg bij de Laan van Eik en Duinen, Mient, Appelstraat, Pioenweg, Daal en Bergselaan, De Savornin Lohmanlaan tot het snijpunt van deze laan met de Laan van Poot en hier vandaan weer door een rechte lijn naar het snijpunt van de Laan van Poot en de Fuutlaan en vervolgens vanaf dit punt door een rechte lijn over strandpaal 104 tot in zee. De sector III bestond uit de wijken 1 tot en met 9.

Uitkijkposten
In elke sector was tenminste 1 uitkijkpost c.q. waarschuwingspost op een hoog punt (kerk, flatgebouw en dergelijke) ingericht, die zolang luchtgevaar dreigende was, met een voldoende aantal agenten van de politie werd bezet. Zij hadden als taak het uitzien en het luisteren naar naderende, vijandelijke vliegtuigen en het melden van door hem g
econstateerd 'dringend luchtgevaar' aan de sectorcommandant, met wie hij telefonisch was verbonden. De tweede taak was het melden van het aantal en de bewegingen van vijandelijke vliegtuigen en de door deze veroorzaakte bominslagen, branden enzovoorts. De laatste taak was het melden van door hen waargenomen overtredingen van het lichtuitstraalverbod. In Loosduinen werd de toren van de Rooms-Katholieke Kerk als een hoge uitkijkpost in gebruik genomen. De overige hoge uitkijkposten bevonden zich in de torens van de Hervormde Bethlehemkerk, Flat Marlot, Gerardus Majellakerk, Hervormde Nieuwe Badkapel, Grote Kerk (Jacobstoren), Hervormde Julianakerk en de Hervormde Prinses Julianakerk. Deze laatste uitkijkpost werd tijdens de oorlog verhuisd naar de klimtoren van het politiebureau aan de Duinstraat in Scheveningen. Alle uitkijkposten waren voorzien van een rechtstreekse telefoonverbinding met de Hoofdcommandopost van de Gemeentelijke Luchtbeschermingsdienst, gevestigd aan Laan Copes van Cattenburgh, om zo hun waarnemingen door te geven.

Na de Nederlandse capitulatie veranderden er een aantal zaken voor de Luchtbeschermingsdienst. Op 16 mei 1940 werd met de bezetter een overeenkomst getekend dat het personeel van de dienst geen luchtalarm meer mocht geven. Daarnaast was er ook een mededeling binnengekomen dat de bezetter de luchtbescherming in handen zouden gaan nemen. De knop voor het luchtalarm werd vanaf juni 1940 bediend door de Duitse militaire Luftschutzwarnezentrale. Deze was gevestigd aan de 1e Van den Boschstraat 2 in Den Haag. Daarnaast ging de bezetter later ook toezicht houden op de commandopost van het hoofd van de Luchtbeschermingsdienst aan de Laan van Copes van Cattenburch 13 in Den Haag. In maart 1941 werd de luchtbeschermingsdienst gereorganiseerd, maar de taken en werkzaamheden van de dienst bleven min of meer hetzelfde. Bij het naderen van vijandelijke vliegtuigen meldde de Luftschutzwarnezentrale in Den Haag aan de commandopost van het hoofd van de luchtbeschermingsdienst het luchtgevaar. De commandopost gaf dit vervolgens door aan de hoge uitkijkposten, waaronder die dus in de Rooms-Katholieke Kerk in Loosduinen, en ook aan de uitrukposten van de dienst. De Duitse militaire Luftschutzwarnezentrale maakte zowel het luchtalarm als het einde van het luchtalarm. Afhankelijk van het dreigingsniveau kon dit nog gevolgd worden met een waarschuwing 'gespannen toestand blijft'. Voor het laten loeien van het luchtalarm bevonden zich op 37 adressen de centrale bedieningsapparatuur van de sirenes. In de sector III bevonden de sirenes zich op het Badhotel te Kijkduin aan de Kijkduinsestraat, op de telefooncentrale aan de Lisztstraat en op de Dalton HBS aan de Aronskelkweg.

Vanaf de hoge uitkijkposten, waaronder die dus in de Rooms-Katholieke Kerk in Loosduinen, werden vele soorten waarnemingen aan de commandopost van het hoofd van de Luchtbeschermingsdienst doorgegeven. Deze waarnemingen werden vanaf 16 mei 1940 tot en met 15 mei 1945 vastgelegd in dag- en nachtrapporten. De hoge uitkijkposten beperkten zich niet tot het luchtruim van Den Haag, maar ook van omliggende gemeenten zoals Hoek van Holland, Rotterdam en Vlaardingen. In de dag- en nachtrapporten werden daarom ontelbare waarnemingen genoteerd zoals het overvliegen van vliegtuigen, bominslagen, lichtkogels, lichtsignalen, zoeklichten, luchtgevechten maar ook het afvuren van Duits luchtafweergeschut en aanvallen met boordwapens. Zeer opvallend is dat in deze dag- en nachtrapporten ook veel waarnemingen van de schijnvliegvelden op Ockenburg en aan de Lozerlaan werden vastgelegd. Zowel de bewegingen als de acties van Duitse vliegtuigen mochten niet in de dag- en nachtrapporten worden vastgelegd ! Werd toch bekend dat dit werd vastgelegd in de rapporten, dan stond zelfs het voortbestaan van de desbetreffende uitkijkpost op het spel. Vanaf 20 februari 1941 waren de uitkijkposten, waaronder ook de uitkijkpost in de Rooms-Katholieke Kerk in Loosduinen, voorzien van 1 of meer hoekmeters. Deze hoekmeters waren in graden verdeeld en ook voorzien van een vizier. In de commandopost bevond zich een grote kaart van de gemeente, waarop ook een graadverdeling met wijzer was aangebracht. De waarnemers van de uitkijkposten gaven, wanneer in de gemeente of de naaste omgeving bominslagen, branden, lichtkogels en dergelijke werden waargenomen, deze berichten aan de commandopost door in graadverdeling. Op een kaart in de commandopost werd deze graadverdeling uitgezet. Wanneer er op deze wijze 2 meldingen in de commandopost waren ontvangen en op de kaart waren uitgezet, gaf het snijpunt de plaats aan waar de melding betrekking op had. Personeel, dat dienst had op de uitkijkposten, moest wanneer het zich telefonisch aan de commandopost meldde niet meer met de naam van de toren noemen maar met het nummer van de post. Voor de uitkijkpost in de Rooms-Katholieke Kerk in Loosduinen was dat nummer III. Kwam na een melding van een uitkijkpost niet snel een tweede melding van een andere uitkijkpost binnen, dan vroeg de dienstdoende agent aan een of meer uitkijkposten of zij wilden uitkijken, onder de mededeling in welke richting zij in het bijzonder de waarneming moesten uitvoeren. Als hij het gevraagde had ontvangen, dan was daarmee de plaats bepaald. Als hij echter geen bericht of mededeling had ontvangen, dat in de aangegeven richting niets werd gezien, dan moest hij in elk geval alleen het eerste bericht aan de wachtcommandant van het betrokken sectorbureau en aan de Inspecteur van de Generale Controle doorgeven. De overvliegende vliegtuigen werden echter niet op deze wijze opgenomen. Na de oorlog, op 28 mei 1945, werd de Gemeentelijke Luchtbeschermingsdienst opgeheven, waarna de afhandeling van de administratieve taken door de Gemeentepolitie Den Haag werden uitgevoerd.

This site was last modified on 19/11/2024 at 19:23. (c) Vliegveld-Ockenburg 2001-2024