Vliegveld Ockenburg
Getuigenverklaring over de aanval op vliegveld Ockenburg
door L. Scholtes
Newborough 17 7 2001,

Geachte familie,

In het veteranenblad Checkpoint Charlie uw oproep gelezen voor meer bijzonderheden van de Meidagen 1940 rondom het vliegveld "Ockenburgh" te Loosduinen. Ik denk dat wel een beetje kan bijdragen met enkele inlichtingen. Ik woonde toen in de Kijkduinsestraat (zie foto) boven de poort, dat benedenhuis was weg gelaten om toegang te verschaffen naar een stukje land wat er achter lag en waar in de mobilisatie een schuilkelder was gebouwd. Vanuit onze ramen hadden mijn vader en ik (en mijn broertjes) een goed uitzicht op alles wat er rondom ons heen gebeurde. Op 10 mei 1940 's morgens vroeg net met het daglicht worden rammelde onze ramen en bleek het van luchtafweergeschut te zijn dat bij Scheveningen stond en vuurde op overvliegende Duitse vliegtuigen. Over de radio hoorden we dat het wel oorlog zou zijn, waarop ik met 2 buurjongens op de fiets sprongen en de Kijkduinsestraat afreden naar het strand van Kijkduin dat maar 2 kilometers van ons "dorp" was. Wij dachten nu het oorlog is zullen er wel een hoop oorlogschepen te zien zijn. We passeerden het vliegveld op "Ockenburgh" waar soldaten in hun ondergoed met enkele burgers stonden te kijken wat er nu wel aan de hand was. Bij Kijkduin werden we teruggestuurd door soldaten die daar in stelling liggen. Toen we direct terug fietsten vlogen er formaties Duitse Junker transportvliegtuigen over en sprongen die Duitse valschermjagers naar beneden om zo op het vliegveld te belanden. Bij de ingang van het weggetje dat langs het vliegveld liep bleven we even staan kijken wat er zo allemaal daar gebeurde. Er werd een hoop geschoten en ik zie nog een schildwacht staan op de hoek van het vliegveld die met een mitrailleur op een afuit op die Junkers stond te schieten, weer verder op de weg lang een plaatselijke politie agent dood op de weg naast zijn fiets. De moffen hadden hem zeker voor een militair aangezien dacht ik omdat hij een uniform aan had. Hij werd door ons op het dorp betiteld als Alva (een scheldnaampje) omdat hij in onze ogen nogal streng was met de jeugd. Maar dit had hij toch niet verdiend. Weer heelhuids thuis gekomen en boven achter de ramen staan kijken met mijn vader naar de Duitse jagers die achter de Hollandse jagers aanzaten. Een jager kwam heel laag over met een mof achter hem aan en moest het loodje leggen en storte bij het strand neer. En langs het strand kwam er een marine watervliegtuig voorbij gevlogen, rustig, ongestoord zoals hij al maanden lang op dezelfde tijd voorbij kwam op patrouille. Later gehoord dat hij ontkomen was naar Engeland, onbeschadigd. Ik zag een Hollandse piloot in groen vliegtuig overall op de fiets voorbij rijden met vlieghelm om zijn nek hangen.

Toen kwam er soldaten die bij ons in scholen gelegerd waren met geweer en helm op voorbij lopen en doken de tuinen in tegenover ons om zo gedekt naar het vliegveld te komen op die parachutisten af. Het vliegveld lag maar een kilometer van het kruispunt op het dorp af. Tevens kwamen die 2 pantserafweerkanonnen achter hun trekkers en plaatsten zich naast de verffabriek die schuin tegenover ons huis lag. Die trekkers waren voor die tijd erg modern met ammo aan boord en ze begonnen meteen te knallen naar het vliegveld. Een Hollandse 2 motorige bommenwerper kwam vanaf Ypenburg (zeer waarschijnlijk) aangevlogen en wierp bommen af op de gelande Junkers op het vliegveld. We zagen ze inslaan en stonden gewoon te juichen, vader en ik. Helaas waren er meteen een stel Duitse jagers achter hem en werd hij neergeschoten boven Monster/Ter Heijde. De piloot sprong er uit met zijn parachute. De volgende dag, met de laatst overgebleven bommenwerper, vloog die piloot naar de Moerdijkbruggen waar hij helaas neergeschoten werd en hij om het leven kwam zonder de bruggen te hebben kunnen raken. Intussen was de artillerie aangekomen en groeven een ondiepe geul dwars over de weg (die ik aangetekend heb). Kanon links zoals ik het noem op de hoek Kijkduinschestraat en rechts de Lisztstraat en links de Prins Hendrikstraat en kanon rechts aan het einde van de Tramstraat (dus in de Lisztstraat) en de verffabriek en die bestreek de Prins Hendrikstraat. Intussen sloegen bij ons de kogels in de muren in onze achterkamer waar moeder op bed lag met zware trombose aan haar benen. Wij barriceerden de ramen met de linnenkasten en matrassen maar toen werd besloten om moeder en de kinderen onder te brengen bij onze benedenburen in hun kelder met de rest van onze portiekburen. Vader en ik bleven toen nog een poosje boven kijken maar besloten toen ook naar de kelder te gaan toen het schieten in hevigheid toenam werd er besloten om maar naar de kelder te gaan. De deur van het achterbalkon stond nog open omdat wij regelmatig van de voorkant naar de achterkant renden als er wat te zien was en vader ging hem even dicht doen eerst. Hij keek nog over het balkon heen want beneden stonden nog 2 buren in de poort. Hij riep iets tegen hen, ik weet niet of hij hen wilde waarschuwen omdat hij wat zag maar meteen werd hij getroffen door mitrailleurvuur en ook die beneden stonden. Hij strompelde naar binnen en zakte binnen in elkaar, hij bloedde hevig en had een volle stoot gekregen door zijn rechterarm en schouder. Ik vloog naar beneden om hulp te halen. Toevallig kwam er net een politieagent voorbij en met behulp van 2 andere mannen werd hij op een plank gelegd en met de agent voorop met een wit laken. Op de hoek van de straat moesten ze even stoppen want er werd bar geschoten en gaf die agent mijn vaders geldbuidel (vader was kolenboer) en ik moest terug en die aan moeder geven. Toen het schieten even stopte gingen zij naar het plaatselijk wijkgebouw. Ik bleef toen even op de hoek staan kijken naar die kanonniers die druk bezig waren met het beschieten van het vliegveld, maar ik dook toch maar vlug weer in de kelder want het werd weer behoorlijk menens buiten. De derde dag waren we alweer buiten want toen hadden onze jongens die moffen verslagen en verdreven van het veld en gingen we meteen vooral glas ruimen in de hele straat en ook loopgraven graven voor onze soldaten. Regelmatig kwamen er soldaten voorbij die Duitsers opbrachten. Na de capitulatie keek ik nog in die kuil van het kanon want dat werd toen weer dichtgegooid. We gingen ook nog 'struinen' op het vliegveld en heb er nog een mooie Hollandse verrekijker van overgehouden die een officier had laten liggen ergens. Later in de oorlog werd "Ockenburgh" sperrgebiet en werd het gebruikt als lanceerplaats voor het lanceren van de beruchte Duitse V2. Maar dat is een ander verhaal. Op de dag van de Duitse capitulatie op 5 mei tekende ik als O.V.W.'er bij de Landmacht maar ik wilde naar de Marine en begin 46 ging ik dan ook over naar de Marine en heb ik gediend als seiner tot mei 1950 (als O.V.W.'er). Ik ben er dan ook trots op dat ik een van de langst dienende O.V.W.'er ben geweest. In 1950 emigreerde ik naar Australia. Ik ben toen met de 'handschoen' getrouwd met mijn buurmeisje en in maart j.l. vierden we ons 50-jarig huwelijksfeest met 3 dochters en 7 kleinkinderen.

Ik hoop dat ik een klein beetje heb kunnen bijdragen met wat meer informatie, omtrent het oorlogs'leven' van uw broer. Veel gegevens staan opgetekend in het boek "De slag om de residentie". Dit boek is absoluut niet meer te verkrijgen. Regelmatig staan er vragen naar in Checkpoint Charlie, maar ik hou de mijne. Het vormd een deel van mijn jongensjaren.

Met vriendelijke groeten van

Mr L. Scholtes

This site was last modified on 19/11/2024 at 19:23. (c) Vliegveld-Ockenburg 2001-2024