Ongeval op mijnenveld
Op zondag 17 januari 1943 werd om 16:15 door een machinist van de watertoren van Monster aan de politie gemeld dat enkele jongens zich in het spergebied hadden begeven, waarna een hevige ontploffing volgde en waarbij volgens hem enkele jongens de dood vonden. De slachtoffers waren Ferdinand Wilhelm Petrus Kruss en zijn broer Johan August Ludwig Kruss, Julius Joseph Robertus Dreissen en zijn broer Joseph Arhur Arnold Dreissen. Net als het ongeval op een mijnenveld op zondag 27 september 1942, hadden wederom een aantal jongens de gevolgen ondervonden van hun zeer verregaande roekeloosheid toen ook zij onder een prikkeldraadversperring waren doorgekropen en het verboden gebied hadden betreden. De groep jongens waren door het bos achter de kliniek Ockenburg gewandeld en kwamen daarna voor een prikkeldraadversperring. Zij verkeerden de mening dat zij zich op een mijnenveld bevonden en kropen dus onder het prikkeldraad door om zich in veiligheid te stellen. Maar het tegendeel bleek, want Julius Joseph Robertus Dreissen voelde een schok in zijn voet. Hij riep, toen hij rook uit de grond zag opstijgen: "Jongens ik trap op een mijn". De jongens sprongen daarna opzij waarna de landmijn ontplofte. De jongens werden door de GG&GD naar het Rooms-Katholieke Ziekenhuis aan het Westeinde vervoerd.
Door de ontploffing raakte Ferdinand Wilhelm Petrus Kruss ernstig gewond aan de rug, ter hoogte van zijn linkerlong met verwondingen over het hele lichaam. Zijn toestand was ook na aankomst in het ziekenhuis ernstig. Johan August Ludwig Kruss had verwondingen over het hele lichaam en zijn toestand was na aankomst in het ziekenhuis ernstig. Julius Joseph Robertus Dreissen liep alleen een wond op aan zijn linkerhand en kon na de behandeling weer naar huis. Joseph Arhur Arnold Dreissen liep verwondingen op aan zijn beide benen. Ferdinand Wilhelm Petrus Kruss overleed in de nacht van 17 op 18 januari 1943 om 00:30 aan zijn verwondingen. Het rapport van de doodschouw vermeld "Shock, uitgebreide verwondingen thorax en abdomen". De toestand van zijn broer was op 18 januari om 19:00 uur ernstig, echter niet levensgevaarlijk. De toestand van Joseph Arhur Arnold Dreissen was op dezelfde dag en tijdstip goed. Beide jongens overleefden gelukkig dit ongeval op het mijnenveld. De 17-jarige Ferdinand Wilhelm Petrus Kruss werd op 21 januari 1943 begraven op de Rooms-Katholieke Begraafplaats "St. Barbara" aan de Binckhorstlaan.
De broers Kruss waren de zoons van Johann August Ludwig Kruss en Leonarda Gijsbertha Vermeulen en woonden aan de Parsifalstraat 5 in Den Haag. Johann August Ludwig Kruss overleed 6 jaar eerder na een kortstondige ziekte op 21 januari 1937. Hij werd op 23 januari 1937 begraven op de R.K. Begraafplaats "St. Barbara" aan de Binkchorstlaan. De broers Dreissen waren de zoons van Antoon Joseph Alphons Dreissen en Odilia Driessen en woonden aan de Parsifalstraat 21 in Den Haag.
|