Lehmann, Paul
Op maandag 25 mei 1942 om 16:45 werd door de heer Pronk, wonende aan de Gevers Deynootweg 50 in Den Haag, gemeld dat hij in de Nieuwe Scheveningse Bosjes, ter hoogte van de S-bocht, een stoffelijk overschot had aangetroffen van een Duitse militair. Het stoffelijk overschot bleek later te liggen in de bosjes bij de Brusselselaan. Na de melding bij de politie werden vervolgens de Felgendarmerie en de staf van de Ordnungspolizei in kennis gesteld. Op de locatie van het incident verschenen de Sicherheitspolizei, een Untersturmfuhrer en een Oberfeldwebel van de Feldgendarmerie. Van de Haagse Gemeentepolitie rukte de Fotografische en Dactyloscopische Dienst van de Technische Opsporings- en Herkenningsdienst uit naar de bovenstaande locatie aan de Brusselselaan. Door deze dienst werden een aantal Leica foto-opnamen gemaakt. Het stoffelijk overschot van de 20-jarige Paul Lehmann werd zelf door de Duitsers vervoerd naar het Ziekenhuis Bronovo. De Duitse instantie verrichte een sectie op het stoffelijk overschot en zorgde ook voor de begrafenis. De dood van Lehmann was veroorzaakt door een schot in het hart. Een revolver of patroonhuls werd ter plaatse niet aangetroffen. Een onderzoek met een politiehond gaf geen positief resultaat. Op de Brusselselaan was op last van de Duitse politie een dubbelpost agenten geplaatst. De agenten waren afkomstig van het politiebureau aan de Gevers Deynootweg. De post kon worden afgelost en bleef gehandhaafd tot door de Duitse politie, middels door de Justitiele Dienst C kennis werd gegeven van opheffing. De dubbelpost moest de personen, die zich in de omgeving ophielden en een verdachte belangstelling voor het incident toonden aanhouden. Deze personen moesten na aanhouding overgebracht worden naar de Justitiele Dienst C, waarna een inspecteur direct moest worden gewaarschuwd. Op het stoffelijk overschot werd nog wel een ledige revolvertas aangetroffen, maar er werden geen papieren of geld aangetroffen. De Sicherheitsdienst (SD) zette het onderzoek voort. Een dag later werd, in overleg met de Duitse politie, de dubbelpost opgeheven. In verband met deze zaak werden op dinsdag 26 mei 1942 in het perceel Balistraat 67 de 21-jarige Margaretha Lucia Hendrika Lammertsma en de 19-jarige Jacoba Wilhelmina Lammertsma aangehouden en daarna overgebracht naar Binnenhof 4. Hun aanhouding was op last van de Untersturmfuhrer Frohlich. De beide zussen woonden aan het Cantaloupenburg 3. Paul Lehmann werd uiteindelijk op maandag 1 juni 1942 op het afzonderlijke deel van het Ehrenfriedhof begraven.
|